Maatschappelijk werk: ondersteuning, begeleiding en uitdagingen (blog)
Afscheid van onze toegewijde maatschappelijk werker
Afgelopen week nam onze maatschappelijk werker, Raïscha, afscheid. Gedurende het afgelopen halfjaar heeft zij Maud (van Rijnstad) vervangen, die een wereldreis maakte en nu terugkeert. Bij haar afscheid presenteerde Raïscha een rapportage over haar inspanningen van de afgelopen 6 maanden. In totaal heeft zij 61 medewerkers bijgestaan met allerlei vragen en problemen. Bijna een derde van deze gevallen betrof kwesties met betrekking tot mentaal welbevinden en zingeving. Van eenzaamheid tot het verlies van levenslust. Deze waren vaak zeer ingrijpend en het was onze taak om de medewerkers zo goed mogelijk te begeleiden. We boden een luisterend oor, extra ondersteuning op de werkvloer, organiseerden activiteiten en verwezen indien nodig naar instanties die concrete hulp kunnen bieden.
Hulp bij geldzaken en regelgeving
Nog eens een derde van de hulpvragen betrof geldzaken en regelgeving. Medewerkers en deelnemers aan trajecten raken vaak verstrikt in een steeds complexer systeem. Dit aantal komt bovenop de 57 mensen die in het eerste halfjaar gebruik hebben gemaakt van de diensten van onze budgetcoach, Hanneke, die actief helpt bij het beheer van financiën. Soms betreft dit het aanvragen van toeslagen, andere keren het voeren van telefoongesprekken met instanties, maar meestal het creëren van overzicht in inkomsten en uitgaven. Dit is een buitengewoon belangrijke taak, omdat het creëren van overzicht rust brengt en direct een positief effect heeft op de gezondheid, stressniveaus en het welzijn van de medewerkers.
Vragen over wonen en vervoer
De overige vragen hadden voornamelijk betrekking op huisvesting en vervoer. Ook op dit gebied blijkt dat de regelgeving vaak gebaseerd is op het gemiddelde en geen rekening houdt met uitzonderingen. Bovendien hanteren gemeenten en woningcorporaties allemaal hun eigen regels, of interpreteren zij de bestaande regels op verschillende manieren. Hoewel zij dit met de beste bedoelingen doen, is het voor velen moeilijk te begrijpen. Dit probleem wordt nog verergerd door de digitale omgeving, waarin het bijna onmogelijk is om persoonlijk contact te krijgen met iemand die daadwerkelijk kan helpen.
In mijn werk bij Scalabor heb ik gezien hoe waardevol het werk is dat Raïscha, Maud en Hanneke verrichten. Ze kunnen echt een verschil maken in het leven van zowel medewerkers als deelnemers aan programma’s, en ze zorgen ervoor dat werknemers duurzaam aan het werk kunnen blijven. Het is belangrijk werk, maar het vergt ook veel geld en inspanning. Dit roept de vraag op of dit soort zorg verwacht mag worden van reguliere werkgevers. Hoewel er bedrijven zijn die zich inzetten voor sociaal ondernemerschap, zoals E-care, Bakker Hilvers en Cycloon, en meerdere werknemers in dienst hebben met een afstand tot de arbeidsmarkt, hebben de meeste bedrijven slechts enkele mensen in dienst op basis van de banenafspraak. Ik geloof niet dat van hen verwacht mag worden dat zij een volledig systeem opzetten.
De gevolgen van de afschaffing van de SW en de participatiewet
Met de afschaffing van de Sociale Werkvoorziening (SW) en het doel van de participatiewet om kwetsbare werkzoekenden voornamelijk in dienst te nemen bij reguliere werkgevers, blijven vragen die momenteel worden opgepakt door onze maatschappelijk werkers en budgetcoaches in de toekomst onbeantwoord. Dit zal resulteren in uitval van medewerkers. Deze medewerkers vallen dan tussen wal en schip, omdat ze geen indicatie Nieuw Beschut hebben en niet zonder begeleiding naar een baan kunnen worden bemiddeld. Hoewel er weliswaar een systeem van jobcoaching bestaat, is dit niet bedoeld voor deze situaties en vaak te beperkt. Hoewel er overheidsinstanties en wijkloketten zijn die hulp bieden, is de capaciteit vaak ontoereikend en worden problemen vaak niet integraal aangepakt. Bovendien zijn deze systemen kostbaarder en niet gericht op het begeleiden van mensen naar werk of het behouden van werk.
De kracht van sociaal ontwikkelbedrijven
Ik hoor vaak van gemeenten dat iemand (nog) niet aan de slag kan omdat er eerst een aantal problemen opgelost moeten worden. Daarentegen kunnen we ervoor kiezen om deze problemen aan te pakken via een sociaal ontwikkelbedrijf in combinatie met een leer-werktraject of baan. Als we er bovendien voor kiezen om kwetsbare medewerkers via het ontwikkelbedrijf te detacheren bij werkgevers, blijft de noodzakelijke begeleiding behouden en worden werkgevers ontlast, waardoor veel meer mensen aan de slag kunnen. Om deze redenen vind ik het belangrijk om sociaal ontwikkelbedrijven juist meer in te zetten in plaats van ze langzaam af te breken. Hoeveel redenen hebben we nog nodig?